DAGBOEK UIT CONGO
geplaatst op dinsdag 03 juni 2014

Het leven zoals het is ... in Congo...
Voor meer foto's klik hier
Maandag 5 mei
Rond 18u Belgische tijd, 17u lokale tijd zetten de piloten van vlucht SN357 de airbus vlekkeloos neer op de tarmac van N’djilli, de luchthaven van Kinshasa. Hier is in de voorbije jaren duidelijk weinig veranderd. Nog steeds is het de trap naar beneden komen en dan de bus instappen die je nauwelijks 100 meter verder aan een deur afzet. Daarna lang aanschuiven voor de paspoortcontrole, controle van de inentingen en daarna wachten … en wachten… tot de bagage op één van de twee transportbanden verschijnt. Alles was mee. Geen problemen. Ook zuster Lieve Leenknecht staat ons op te wachten met de Toyota Land Cruiser die ze met middelen van de provincie kon kopen. Met twee jeeps dan richting centrum Kinshasa. Hier is er echter veel veranderd in positieve zin. De rijbaan van de luchthaven naar Kin kreeg een totaal nieuwe tarmac laag maar werd ook verbreed naar 2 X 4 rijstroken. Er zijn zelfs gesynchroniseerde verkeerslichten al wordt er weinig aandacht aan geschonken. Bij aankomst in onze slaapplaats blijkt er wel geen avondeten gereserveerd te zijn, doch geen nood, om de hoek is er een restaurant met fris Primus bier en lekkere en zeer grote pizza's. Ook internetconnectie op de kamer, en een ventilator die ervoor zorgt dat de warme lucht nu toch wat wordt afgekoeld. Ik probeer nog een frisse douche te nemen om dan wat afgekoeld onder het muskietennet te duiken. De nachtrust zal me toch wel deugd doen na een zeer korte nacht gisteren. Morgen staat een dagje Kinshasa op het programma met bezoek aan Memisa en avondeten bij de ambassadeur of zijn attaché.
Dinsdag 6 mei
Deze morgen vroeg wakker. Een stralende zon verwarmt Kinshasa. Het is 6.30u wanneer het lawaai van de vogels in de tuin maar ook het geronk van de motoren op straat mij wakker maakt. Rustig de tijd voor een frisse douche en dan een ontbijt zoals gebruikelijk in de doorgangshuizen van de kerk in Congo. Koffie, confituur en choco van de Colruyt en fabrieksbrood. Er ligt deze morgen een zwan-worstje bij en bananen.
Ruim de tijd genomen om ons klaar te maken voor het bezoek aan het hoofdkwartier van Memisa in Kinshasa. Na kennismaking met het personeel en de burelen volgt een zeer interessante uiteenzetting over de situatie van de gezondheidszorg in Congo. In een land met 70 miljoen inwoners wenst men 1 kliniek te hebben waar minstens 1 geneesheer aanwezig is per 100.000 inwoners. Daarnaast wenst men een gezondheidscentrum voor 5 à 10.000 inwoners met minstens één verpleegster. Vergeleken met de situatie in België waar er een huisarts is per 350 inwoners is het nogal duidelijk dat er hier enorme noden zijn. Congo is het land waar na Indië en Nigeria het meest kinderen sterven voor ze 5 jaar worden. Wat vooral opvalt is de afwezigheid van de overheid die wel regeltjes oplegt maar niet met centen over de brug komt. Memisa werkt in 31 gezondheidszones in Congo, goed voor een bevolking van 5 miljoen mensen.
De noden zijn groot maar de basisbehoeften zijn bedden en matrassen, wat men hier kan kopen, en anderzijds transportmogelijkheden. Een ziekenwagen per ziekenhuis is absoluut nodig.
Omstreeks 12.30u brengen de mensen van Memisa ons naar een lokaal restaurant waar heel veel voedsel wordt opgediend : vis, everzwijn, geit, kip, brochettes van rundsvlees met gebakken bananen, frieten en ‘le boule national’, de maniok . Een frisse pint maakt het allemaal nog aangenamer.
Na het middagmaal een tocht met de wagen door het centrum van de stad. Opvallend is wel dat er hier en daar toch wel wat nieuwbouw (hoogbouw) wordt gerealiseerd. De wegen zijn verbeterd. Sommige wegen werden door Chinezen opnieuw aangelegd, andere door Japanners.
Even ook een bezoek brengen aan CDI-Bwamanda, waar ik jaren terug ook was met Koen Leyn en Pater Kamiel Degrieck. Beiden zijn er niet meer en de indruk blijft me bij dat CDI Bwamanda zo goed als verdwenen is . Dit was nochtans een prachtige NGO die voedsel van de boeren in het binnenland via de Congostroom naar Kinshasa bracht om er te verkopen op de markt.
Dit was fair-trade binnen het land zelf.
Na het stadsbezoek terug naar onze slaapplaats voor een frisse douche want om 19.30u worden we verwacht bij de heer en mevrouw Eric Vanbeveren, attaché bij de Belgische Ambassade. In zijn woning met prachtig terras met zicht op de Congostroom worden we verwelkomd samen met nog een aantal andere Vlamingen werkzaam voor het Rode Kruis of voor een NGO. We zouden buiten eten maar .... er brak een bijzonder hevig onweer los met donder en bliksem en bijzonder veel regen. De maaltijd wordt verplaatst naar binnen maar is daarom niet minder aangenaam.
Rond 23.30u terug naar onze slaapstede. Absoluut nodig want zuster Liefke wil morgen om 5 uur vertrekken naar Popakabaka.
Morgen zien we wel of er in Popokabaka internet beschikbaar zal zijn ...
Woensdag 7 mei
Deze morgen bijzonder vroeg uit de veren. Om 5 uur komt zuster Liefke, Lieve Leenknecht met twee auto's om ons naar Popokabaka te brengen. Het betekent dus om 4.30 uur uit bed, bagage terug herschikken een douche en weg zijn we. Twee Toyota Land Cruisers, de ene voor personen, de andere met een laadbak volgestouwd met bagage en goederen die zuster Liefke in Kinshasa koopt omdat deze niet in Popokabaka te verkrijgen zijn. De weg loopt terug naar de luchthaven en verder op een perfecte kws-verharding (tarmac). Onderweg nemen we ontbijt in Mbankana. Tegen 11 uur zijn we in Kenge waar we een onderhoud hebben met een dokter die door de overheid is aangesteld om de gezondheidszorg in de provincie Bandandu te coördineren. Hij zit in een prachtig gebouw opgericht door de Duitse overheid. Ernaast is ook een bureau van Memisa maar dit is wel minder mooi. Het gesprek verloopt niet bijzonder vlot omdat de dokter absoluut wil weten wat Memisa zou doen in Popo en nog meer wat die Belgen er zouden doen want dit mocht niet in strijd zijn met wat de overheid gepland heeft te doen. Uiteindelijk vraagt hij of we ook geen zonnepanelen zouden kunnen plaatsen op zijn bureau. Hij begreep wel dat het antwoord negatief was. Bij het vertrek krijg ik de kans van zuster Liefke om met de wagen te rijden. Uiteraard neem ik met veel gretigheid het stuur over en rijd ik over een prachtige weg naar Lonzo. Daar stoppen we bij een congregatie van paters waar we gebruik maken van hun accommodatie om het middagmaal, belegde broodjes die zuster Liefke had gekocht in Kinshasa, te verorberen. Zuster Liefke neemt na de middag het stuur terug over want... de piste komt eraan en het moet vooruit gaan. Zuster Liefke heeft duidelijk bijzonder veel ervaring met het pistewerk en rijdt als een volleerde Dakar-piloot.
Onderweg begint het echter stevig te donderen, te bliksemen en het water valt met bakken uit te hemel zodat de piste herschapen wordt in een ongelooflijke modderpoel met bijzonder diepe kuilen en plassen. Een ongelooflijk spektakel om daar door te geraken. Tijdens een sanitaire stop bij een congregatie in Kasinsie wordt vastgesteld dat een voorband aan het lossen is. De chauffeur en co-chauffeur van de vrachtjeep klaren de klus en vervangen de band in enkele minuten. Dan terug op weg. Hier nu opzettelijk met twee wagens samen waarvan één voorzien van een lier om in geval er één zou vastraken de andere vrij getrokken kan worden. Het wordt een onvoorstelbare tocht. Dit heb ik nog nooit eerder meegemaakt. Op sommige stukken zien we dat de wagen voor ons slechts op drie wielen meer staat, het andere zweeft in de lucht. Dit is met geen woorden te beschrijven. Dit moet eigenlijk in beeld kunnen gebracht worden via film maar het is donker en dan beelden nemen van bewegende voorwerpen is haast onmogelijk. Rond 20.30u komen we dan toch in Popo aan. De weeskinderen van het huis van zuster Liefke staan ons zingend op te wachten. Wat een welkom! Een welkomstbiertje, een lekkere maaltijd met vis en daarna de jeep met bagage lossen en onze kamer opzoeken. Het duurt niet lang voor ik in slaap val.
Donderdag 8 mei
Vandaag mogen we iets langer slapen gezien de vorige korte nacht . Na een goed ontbijt worden we door zuster Liefke rond gevoerd voor enkele "verplichte" bezoekjes. Eerste halte is de woning van de Bisschop die afwezig is. Daarna bezoek aan de paters ...waar we onmiddellijk een aperitief worden aangeboden. Onmiddellijk daarna bezoek bij de zusters waar we een zak vol vers fruit krijgen - appelsienen en pompelmoezen. Bezoek bij de burgemeester en bezoek bij de verantwoordelijke voor de vreemdelingendienst waar je je bij langer verblijf moet aanmelden. Zeer merkwaardig. Zijn bureau is het postgebouw van de koloniale periode. Op de gevel staat "PTT" en aan de buitenzijde de postvakjes. Binnen moet er een brandkoffer ingebouwd zijn maar de deur van de brandkoffer werd afgebroken en deze ligt, wellicht al tientallen jaren, op de grond. De Chef d'Immatriculation heeft voor het bezoek wel zijn beste broek, vers gestreken en zeer mooie schoenen aangetrokken. Hier bleef de tijd stilstaan. Dan naar het gezondheidscentrum van Memisa waar alle verpleegkundigen van alle gezondheidscentra (24) van de ruime regio Popokabaka samen zijn voor opleiding. Zeer interessant. Daarna naar het ziekenhuis waar alle verpleegkundigen, de geneesheren en de werklieden ons zingend verwelkomen.
Tegen 13.30u terug naar het huis van zuster Liefke. Vlaamse kost, worst met aardappelen en appelmoes. Na de middag een korte siësta. Daarna vervoer van goederen die in de container naar hier vervoerd zijn. Medicatie en toebehoren voor de kliniek. Veel verzorgend materiaal en kledij voor geneesheren en verpleegkundigen. Als het om 17u duister wordt, is het duidelijk dat er weer een stevige regenvlaag aankomt. Donder, bliksem en massa's water.
En toch ... dorstig weer... we drinken als aperitief een Primus en daarna avondeten. Verse broodjes gemaakt in de hout gestookte buitenoven van zuster Liefke met Vlaamse hesp en kaas.
Rond 20.30u valt het leven hier stil.... en bereiden we ons voor op een goede nachtrust.
Vrijdag 9 mei
Vandaag "bezoeken" op het programma. Een kort bezoek aan de kleine varkensstal die zuster Liefke liet bouwen. Daarna is het tijd voor een bezoek aan de kleuterschool en de lagere school die gebouwd werden met steun van de provincie West-Vlaanderen. Vooral de kleuterschool is zeer mooi . Alle klassen gericht naar een binnenplein. Zoals gebruikelijk gezangen en gedichtjes van de kleuters. De lagere school, zes klassen mooi op een rij en ijzeren discipline. Daarna naar de kliniek. We moeten wel wachten op de dokter die ons zou rondleiden want hij is nog bezig met operaties. Het is wel bijzonder omdat na elke operatie een verpleger naar buiten komt met de "trofee", hetzij een appendix, een kiste, een balletje zo groot als een teelbal. De uitrusting van de kliniek is echt ondermaats. Hoog tijd dat hier ingegrepen wordt. Het is wel merkwaardig dat er reeds 10 jaar een coöperatie is met Sint-Lucas en het ziekenhuis en het er nog zo uitziet. Weinig matrassen en bedden met hier en daar wat veren.
Kortom... triestig. Na de middag bezoek aan de materniteit. Hier hebben de eerdere bezoeken van Sint-Lucas vruchten afgeworpen. Zonnepanelen, een bevallingstafel die mag gezien worden. Inmiddels hebben ze vandaag bijkomende leidingen gelegd en herstellingen uitgevoerd. Joris heeft inmiddels drie personeelsleden aangeworven en er staan 20 personen te wachten om mee te werken. Tegen de avond nog eens naar een man van Justice et Paix die kwam zagen voor een computer. Moeilijk om mensen duidelijk te maken dat het niet zomaar kan.
Zaterdag 10 mei
Deze morgen afspraak om 7u aan tafel. Tegen 8u komt de dokter van het ziekenhuis Dr. Marcellin Mitete bij ons om een bezoek te brengen aan enkele centres de santés. De eerste is in de cité (in het centrum van Popokabaka) wat hier een centrum noemt is eigenlijk een samenraapsel van wat stenen gebouwen, uit lang vervlogen tijden, en daarnaast woningen in hout en leem met rieten of metalen daken en een stuk grond erbij . Het gezondheidscentrum dat we eerst bezoeken is nog redelijk, een ruimte voor consultaties, een bevallingsruimte. Het tweede gezondheidscentrum is al wat minder vuil, en met zeer weinig accommodatie. We keren terug naar het huis van zuster Liefke. We rijden eerst naar het gezondheidscentrum in het dorp Ingasi. Onvoorstelbaar schamel. Er is gewoon niets. Bevallingen gebeuren in een stalletje waar wij dieren zouden in onder brengen. Daarna rijden we met zuster Liefke naar haar visvijvers. Een prachtig plaatsje, mooier kan bijna niet. Ze kocht recent voor 4000 dollar 7 visvijvers met gronden in de nabijheid. Zij zal er een huis bouwen en een afsluiting zetten en zal er dan vis kweken die ze kan verkopen. Eigenlijk een slimme vrouw. Er komen heel veel vrouwen bij zuster Liefke om hun maniok te verkopen. Alles wordt deze namiddag ingepakt en gaat maandag met ons mee naar Kinshasa waar het wel aan een hogere prijs wordt verkocht. Van Kin wordt dan vis meegebracht die in Popokabaka wordt verkocht. Met de winsten kan zuster Liefke haar weeshuis runnen en personeel betalen. Kortom: zij maakt een duurzaam en zelfbedruipend project. Na de middag worden transporten georganiseerd van bij zuster Liefke naar de kliniek. Goederen bestemd voor het ziekenhuis worden bij de geneesheren gebracht die voor de distributie instaan. Ongelooflijk wat de mensen van Sint-Lucas allemaal in een container hebben gestopt.
Zondag 11 mei
De zevende dag is normaal de rustdag. Bij ons komt de rust op de achtste dag, laatste dag van mijn verblijf bij de vrienden van Sint-Lucas in Popokabaka en bij zuster Liefke. Ook op de rustdag vroeg uit de veren want na het ontbijt worden we om 8.30u verwacht in de Kathedraal voor de zondagsviering. Veel zang, veel dans, en een zeer lange preek. Uiteindelijk duurt de mis 3 uur. Zeker van het goede teveel ook voor een aantal jongeren die voor ons post hadden gevat en met de GSM's spelletjes aan het spelen waren. Na de mis grote moederkensdagreceptie bij zuster Liefke met al haar weeskinderen, die allemaal een geschenkje krijgen. Ook Greet van Memisa en ikzelf die morgen vertrekken, krijgen een mooi houtsnijwerk en een draagtas (voor Ann) als aandenken. Over de middag frieten met kip, zeer lekker met een fris pintje. Om 15u hebben we een afspraak met Dr. Marcelin die ons naar de cité brengt. Het centrum van Popo waar er ook op zondagnamiddag markt is, een voetbalwedstrijd waarbij onze verschijning de aandacht van de wedstrijd doet afglijden naar de blanken. Ik denk dat de scheidsrechter iets vlugger affluit dan voorzien. Daarna mag ik de Toyota naar beneden rijden tot aan de Kwango-rivier, bekend om de aanwezigheid van krokodillen. We hebben er gelukkig geen ontmoet maar op de markt is er toch een jonge man van wie één been door een krokodil is verbrijzeld en Dr. Marcelin had de amputatie uitgevoerd. Een heel mooie plaats met de houten kano's, de overzet van de rivier. Terug naar boven en met een ommetje naar zuster Liefke om vervolgens naar het huis van Dr. Marcelin te rijden waar we worden uitgenodigd voor een drankje en een hapje en wat muziek en dans. Leuke avond met uiteraard ook wat speechkes en cadeautjes...
Bij zuster Liefke is er dan ook nog een afsluitende drank (biertje) om het einde van mijn verblijf in Popo in te leiden. Een korte evaluatie die zeer positief klinkt. Met die ploeg hebben we duidelijk zin om nog veel te doen. Hopelijk slaag ik erin om in ook in Sint-Jan een dergelijke groep tot stand te brengen.
Maandag 12 mei
Deze morgen om 4.30u een laatste frisse douche bij zuster Liefke in Popokabaka. Alle bagage wordt op de pick-up Toyota Landcruiser geladen en voor zonsopkomst zet de jeep zich in beweging richting Kin. Het afscheid van Popo en van de vrienden van AZ St. Lucas is hartverwarmend. Ondanks het vroege uur zijn zij opgestaan om vaarwel, tot binnenkort te zeggen. In enkele dagen tijd is een vriendschapsband tot stand gekomen die we in ons land moeilijk op zo'n korte tijd kunnen realiseren. De lotsverbondenheid is natuurlijk bijzonder groot en je wordt ook door de inwoners als een groep "vreemdelingen" aanzien. Hoe dan ook een fantastisch mooie, bijzonder leerrijke ervaring. Dit pakken ze ons niet meer af. Ik heb weer een stukje, een heel klein stukje van dit reusachtige land leren kennen.
De weg naar Kinshasa is wonderbaarlijk mooi maar op sommige stukken ook bijzonder moeilijk. De chauffeur Bertin rijdt zich wel eens vast maar terug in achteruit, een aanloop nemen, of wat spadewerk van zijn co-chauffeur en we zijn weer weg. Onderweg worden de missieposten bezocht om post mee te nemen en er is ook een bijzondere ontmoeting met een zuster die op weg is naar Popo maar reeds een dag verloren heeft door bandenpech. Ze heeft post mee voor Brussel. Prachtig zicht, in de middle of nowhere, staan twee Toyota Land Cruisers naast elkaar en er wordt post uitgewisseld voor een land op meer dan 6000 km van hier. Vanaf Lonzo gaat het over de tarmacweg sneller naar Kin. Onderweg koopt de chauffeur groenten en fruit, veel verser en vooral veel goedkoper dan in Kin zegt hij. Het is een leuk schouwspel waarbij vrouwen en kinderen rond de auto drummen met hun koopwaar en het vuile geld in ontvangst nemen steeds per briefjes van 500 franc Congolais. Om 16.30u zijn we in Memisa. Na een korte debriefing gaat het richting Vice-provincialaat van de broeders kapucijnen - 5ème Rue Limete 11. Daar overnachten Greet en ikzelf. We krijgen een kamer, met airco! Een frisse douche, een klein wasje, wat insmeren met aftersun want vandaag heeft de zon hevig gebrand op mijn arm die uit het vensterraam van de wagen stak. Deze avond ga ik samen met twee mensen van Memisa eten in een restaurantje. Capitain met looksausje en frieten. Het heeft goed gesmaakt. Tegen 9.30u terug op de kamer. Tijd om te rusten na een dag die om 4.30 uur begon.
Dinsdag 13 mei
Deze morgen ontbijt ik om 8 uur met Greet bij de paters Capucijnen. Om 7.45u klopt ze al aan mijn deur met de melding dat de chauffeur van Memisa er reeds is en dat we dringend dienen te vertrekken. Zonder ontbijt dan maar de wagen in naar het bureau van Memisa. Daar neem ik afscheid van Greet die deze avond terug naar België vertrekt.
De chauffeur brengt mij vervolgens naar de ICM sisters, zusters van de jacht van Heverlee, en in het bijzonder zuster Noëlla LUST. Het is al 7 jaar geleden dat ik haar nog gezien heb, buiten de reportage van Annemie Struyf, maar ze is eigenlijk nog niet veel veranderd. Ze is nu 78 jaar maar ze is nog goed bewaard, al beweert ze zelf dat ze zich wat versleten voelt van het vele werk. Toch denkt zij met bijzonder veel voldoening terug aan de dankbaarheid, de vriendschap die ze mocht ontvangen van de mensen in het binnenland. Ze is ook niet echt gerust in haar eigen toekomst. Ze zou nog zo graag een beetje actief kunnen blijven. Ik heb haar beloofd om mee te denken voor een andere oplossing. Ik moet in elk geval bij thuiskomst contact opnemen met haar broer Noël. Noëlla brengt mij naar twee scholen waar zij gewerkt heeft in het centrum van Kin. Twee meisjesscholen waar telkens ongeveer 1000 leerlingen onderwijs volgen. We zijn nog maar pas binnen en zuster Noëlla komt al in gesprek met leerkrachten en directie over uitbreidingsplannen voor de school. Zij heeft er duidelijk een goede visie op die gedeeld wordt door directies maar... de centen ontbreken. Ook hier blijft de overheid totaal afwezig. Tenslotte komen we bij een werf van 24 appartementen. Blijkt dat Noëlla er de aannemer, de bouwheer en de controleur is. Ze loopt van de ene verdieping naar de andere, kent alle arbeiders bij voornaam. Doel van dit project is zelfbedruipend te zijn. De huur moet dienen om een inkomen te waarborgen aan de zusters. Als slot roept ze alle arbeiders samen, worden er bakken bier bovengehaald en worstenbroodjes. Zij geeft een kleine speech. Ik mag ook een woordje plaatsen en samen met al die mensen drinken we een pint uit het flesje. Mooi moment. Zuster Noëlla was weer zeer tevreden van het weze het korte bezoek. Tot de volgende keer.
Terug de wagen in, de bagage opladen en naar het bureau van Memisa voor vertrek naar Kisantu. Een mooie rit waarbij we eerst door een duidelijk armer deel van Kin rijden, de groentemarkt is er een smerige bedoening. Ook onderweg stoppen we nog eens op een markt waar de mensen vriendelijk zijn en zelfs vragen om een foto te nemen van hen.
Rond 16.30u komen we aan in Kisantu. Een mooi moment, we komen aan de kathedraal die schittert in de rode avondzon en tegelijk zie je de volle maan die verschijnt aan het heelal.
En dan rijden we verder naar het klooster, hier is het een beetje thuis komen bij de twee zusters die er zijn. Reeds de derde keer kom ik toe in dit mooi verzorgde geheel van gebouwen en tuin. Om 19 uur avondeten, nog een biertje drinken in het prachtige salon en dan naar onze kamer. Er is internet maar blijkbaar valt die om 22 uur uit. Ik ga slapen want morgen is de wekker er terug om 6.30u.
Woensdag 14 mei
Je zou er wel even de tel bij kwijt geraken maar volgens mij is dit de tiende dag sinds vertrek op 5 mei uit Sint-Lucas. Deze morgen om 6.30u uit bed want om 7u ontbijt bij de zusters in Kisantu. Om 8u worden we in het ziekenhuis verwacht voor een gesprek en rondleiding. We worden echter de aandacht getrokken door het geschreeuw buiten de muren van het "klooster". Ik trek de poort open en zie dat aan de ingang van de spoedgevallendienst van het ziekenhuis twee vrouwen met veel geschreeuw en omhaal wenen en roepen om het verlies van een geliefde. Dit is blijkbaar toch nog steeds de manier van verwerken van het verlies hier in Congo. Terwijl Dr. Florimond en Dr. Ernesto Papa, beiden van Memisa naar buiten komen zien we een Peugeot 405 naderen, duidelijk overladen. We lachen een beetje omdat er zoveel volk in de wagen zit en omdat er aan de buitenzijde van de wagen geen lakverf meer te bespeuren valt. De wagen stopt echter aan de deur van het ziekenhuis. Er wordt een oudere man uit de wagen gehaald en op een draagberrie gelegd. Dit is de realiteit in Congo. In het ziekenhuis worden we hartelijk ontvangen door de nieuwe directeur die zonder blad voor de mond te houden spreekt over de financiële moeilijkheden van de kliniek. Aan de kliniek is een totaal nieuw deel gebouwd, met drie operatiezalen en dit door BTC (Belgische Technische Coöperatie). Het gebouw is al meer dan twee maanden klaar maar nog niet in gebruik genomen. Men wacht op een datum voor de inhuldiging door een minister. Inmiddels is een deel van het plafond van één van de operatiezalen naar beneden gekomen en moeten er herstellingen uitgevoerd worden. Het deel van het ziekenhuis bestemd voor de pediatrie wordt ook door BTC totaal gerenoveerd. Er is wel vergeten sanitair te bouwen. De werken zijn al een tijdje klaar maar er is discussie met de aannemer en de voorlopige oplevering is nog niet gebeurd. Ik vind dit wel bijzonder erg. Inmiddels moet het personeel van de kliniek zich behelpen. Er staan twee machines om te steriliseren van het materiaal maar ze werken niet. Er staan meer dan 10 couveuses maar er zijn er maar drie die werken zodat er in één zelfs twee kindjes liggen. Kisanu mag dan wel een modelhospitaal zijn, de technische gebreken zijn schrijnend.
Tegen de middag krijgen we nog een zeer interessante uiteenzetting over de gezondheidszone van Kisantu en zijn gezondheidscentra. Deze namiddag bezoeken we twee centra.
Een eerste gezondheidscentrum dat we bezoeken is NGEBA op zo'n 17 km van Kisantu op de RN67 = een rode steen/zandpiste. Zeer mooi! Van zodra we Kisantu verlaten komen we terug in het rurale gebied. Langs de weg staan oude vrachtwagens die men overlaadt met houtskoolzakken. In elk dorp is er markt . In Ngeba is er ook markt en kunnen we het gezondheidscentrum niet bereiken met de jeep. Dan maar te voet. Een leuke tocht met vriendelijke mensen, een kleurrijk spektakel. Het gezondheidscentrum is veel beter dan wat ik in de omgeving van Popo gezien heb. Terecht klagen ook hier de verplegers over het gebrek aan middelen, aan plaats. Het regent binnen en de water citerne is onvoldoende om het droge seizoen dat normaal op 15 mei start te overbruggen. We kopen bananen als middagmaal en wat lekkere mandarijnen. We rijden terug naar Kisantu en dan de weg op naar Kinshasa om na 15 km bij een ander gezondheidscentrum te stoppen. Ook hier gebrek aan plaats, aan middelen en aan water. De pomp die het water uit een 100 meter verder gelegen bron moet halen is reeds jaren stuk . Niemand weet hoe dit moet hersteld worden.
Op de terugweg stoppen we bij een door de Belgische Technische Coöperatie totaal nieuw gebouwd gezondheidscentrum. Heel mooi, het is totaal af maar het is niet in gebruik. Vermits er niemand aanwezig is kunnen we dit aan niemand vragen.
Terug in Kisantu melden de zusters ons dat de bisschop bij ons het avondmaal komt nemen om 19u. Ik heb die man al enkele keren ontmoet. Steeds goedlachs. Na het avondeten gaan we naar het salon. Ik ben moe maar de bisschop heeft blijkbaar geen zin om naar huis te gaan. Ik voel mij verplicht om bij hem te blijven. Uiteindelijk stapt hij om 22.30 uur op. Oef, eindelijk kan ik in mijn kamer nog wat lezen in "futur simple" en dan licht uit en slapen want om 6.30 uur is het terug dag.
Donderdag 15 mei
Deze morgen ben ik vroeg uit de veren, 6u. Enkel mama Rita is al in de weer om het ontbijt klaar te maken. Een goedlachse, rondborstige dame. Haar man is elektricien en werkt in Kinshasa. Hij komt één keer per maand naar huis. Zij verdient voor het werk bij mensen thuis, klaarmaken van eten en poetsen 10 dollar per maand. Het ontbijt betekent eigenlijk niet veel. Oploskoffie en brood en een soort thee. Grappig is wel dat er een pot mayonaise op tafel staat en dat de Congolezen dit gebruiken i.p.v. boter. Daar heb ik nu echt geen zin in. Choco, confituur of iets anders is er niet. Zelfs geen smeerkaas -La Vache qui rit- want dit tref je hier normaal wel overal aan .
Tegen 8u bezoeken we nogmaals de kliniek omdat we de dieselmotor, generator niet hadden gezien en we ook nog even de waterbevoorrading willen bekijken. Water blijkt toch een groot probleem omdat men onvoldoende opslagcapaciteit heeft.
Na dit bezoek trekken we met de jeep op zoek naar de gezondheidscentra. We bezoeken eerst een klein ziekenhuis van de kerk van de Kibanguisten, ik dacht eerst een afscheuring van de protestantse kerk of een sekte, doch het gaat blijkbaar over veel meer... (zie verder). Het ziekenhuisje is overbevolkt. Het grappigst is wel het hoofd van het labo. Hij heeft een witte schort aan, daaronder een wit hemd en een zwart strikje. Gewoon een ongelooflijk mooi beeld dat ik uiteraard op foto vastleg. Ook een staflid met oranje hoofddeksel trekt mijn aandacht. Ook dit moet op de gevoelige plaat.
We rijden verder naar een ander gezondheidscentrum, of wat daarvoor moet doorgaan. Een bouwvallig gebouwtje, veel te klein en zeer vochtig. Het dak staat op instorten. Een moeder geeft mij haar kind van 2 dagen oud in de handen, een foto waard.
We rijden terug en komen aan in Nkamba, het nieuwe Jeruzalem, we worden er ontvangen door de grote geestelijke leider. Ongelooflijk wat deze mensen doen. Een kerk van 100 meter op 50 meter waar 37500 mensen kunnen zitten. Mensen die stenen op hun hoofd dragen om hun steentje bij te dragen tot het grote geloof en mensen die uren stenen zitten te kappen met een hamer. De grote spirituele leider is klein en dik, lijkt een beetje op vader Kabila. Blijkt dat die spirituele leider wel bijzonder goed kon opschieten met Mubutu en met de twee Kabila’s. Een bijzondere ervaring. Ik wil er zeker nog wat meer over weten. Het is een godsdienst die gesticht is in 1921 toen hun geestelijke leider een boodschap lanceerde. Hij werd echter door de Belgen gevangen genomen en naar Lubumbasi gebracht waar hij na een gevangenschap van 30 jaar overleed. Zijn lichaam werd terug naar Nkamba gebracht en het merkwaardige is zoveel jaar na zijn begrafenis was zijn lichaam nog intact .... Er kwam post mortem een herziening van het proces en hij werd vrijgesproken.
Terug op weg naar een gezondheidscentrum. Een laatste Nokie. Fijn maar goed. Een jong team van verpleegkundigen houdt het centrum draaiend. We houden ter plaatse een evaluatievergadering van wat we in Gombe-Matadi gezien hebben en wat we kunnen doen. De praktische afspraken worden verder op papier gezet. We kunnen natuurlijk niet alles in één keer doen. Stap per stap kan er echter met weinig geld veel gebeuren.
Terug in Gombe-Matadi staat ons een lekker avondmaal te wachten met kip Wmambe, vis, groeten, rijst, foe-fou. Na het avondeten gaan de meeste mensen naar hun woning/slaapplaats. Ernesto vraagt of we weer zoals gisteren een biertje gaan drinken met de koks en dat sla ik niet af. We zitten buiten op straat aan een winkel een biertje te drinken, een 0,5 liter wordt een ‘petit à quartier’ genoemd. Er volgen er nog enkele maar gelukkig is er weer de waka-waka-lamp want de elektriciteit van de hydro-centrale slaat om de haverklap uit. Rond 22u zijn we weer aan het vertrouwde huis en kan ik een verslagje tikken op het terras. Terwijl ik bezig ben komen kinderen schooien, "on a faim", klinkt het steeds opnieuw. Ik mag er niet aan toegeven of het hele dorp staat aan de deur.
Vrijdag 16 mei
Ik had mij eigenlijk niet veel voorgesteld van wat in Gombe-Matadi kon gebeuren. Wellicht zou het voor mij iets te makkelijk bereikbaar zijn en zou het iets te veel ontwikkeld zijn, het ligt immers zo dicht bij Matadi, bij Kisantu, bij Kinshasa. De eerste 50 km vanuit Kisantu richting Matadi bevestigen mijn idee. Het beeld van Congo van tussen Kinshasa en Kisantu. Na een verplicht bezoek aan de district verantwoordelijke, een pas afgestudeerde dokter, wordt de weg N1 verlaten, de zandweg op, een piste die door het regenweer van de voorbije nacht in een modderpoel herschapen is. De chauffeur zorgt ervoor dat de Toyota Land Cruiser zonder zelfs gebruik te maken van de 4 X 4 door alle diepe plassen en moddervlaktes geraakt. We moeten 52 km overbruggen naar Gombe-Matadi en dit duurt 2 uur. Wanneer we aan L'Hopital General de Reference toekomen is er feest, er staat een massa volk, er wordt gedanst er zijn fluitspelers en trommelaars, er is een prachtig spandoek. Er wordt officieel gespeecht en ik mag ook mijn woordje zeggen. Dan is het tijd voor een officiële vergadering maar zoals ik zo graag doe, het protocol even doorbreken zeg ik dat ik eerst de muzikanten wil bedanken. Ik stap op de muzikanten af, zij beginnen opnieuw op de fluit en de trommel te spelen. Ik zie een aantal dames licht met de heupen bewegen op de klanken van de muziek. Het signaal was voor mij duidelijk, ik begin op de grond te stampen, zoals de Congolezen dit doen en onmiddellijk komen de vreugdekreten los, iedereen, mannen, vrouwen, kinderen iedereen begint te dansen omdat ik dit met hen doe. Dit zijn momenten om te koesteren, om nooit meer te vergeten. Dan start toch de officiële vergadering met voorstelling van de zone de santé. Op het moment dat de PP-presentatie moet starten is de elektriciteit uitgevallen er wordt er een groepje bij gezet die elektriciteit moet leveren. Ze hebben alles prachtig voorbereid. Buiten begint het echter te gieten, te donderen en te bliksemen, gelukkig zitten we binnen. Net op het moment dat de presentatie en vraagstelling voorbij is stopt de regen en kunnen we, door de plassen of rond de plassen heen naar de plaats gaan waar we het middagmaal zullen nemen. Blijkt dat dit ook mijn slaapplaats en deze van Ernesto Pape wordt. Een woning uit de koloniale periode toen de Belgische dokters die in de kliniek werkten er uiteraard een woning met open haardvuur bij kregen. Na het lekkere Congolese eten (kip, vis, zoete aardappelen, spinazie, foefoe) voor zij die het wensen brengen we een bezoek aan het ziekenhuis. Hier is nog veel te doen maar de wil is wel aanwezig . Hier zijn veel jonge enthousiaste mensen werkzaam. Rond 17u zijn we weer bij de woning en worden er plannen gemaakt om te gaan slapen. Ik verbreek dit door te zeggen dat ik met de dames die het eten van de middag klaargemaakt hebben, en die nog met de afwas bezig zijn een pintje zou gaan drinken in het dorp. Onmiddellijk is iedereen akkoord. Met een tiental mensen op een terras grote primus drinken viel best mee. Ik trakteer .... 12 euro...
Tegen 18.30u zijn we weer in onze slaapplaats. Iedereen vertrekt naar zijn slaapplaats, met uitzondering van Ernesto en ikzelf die hier blijven samen met de twee kookdames die nu ook de afwas hebben gedaan. Vermits er duidelijk geen avondeten voorzien is heb ik aan Ernesto gevraagd of we niet beter terug zouden gaan naar de lokale bar om nog een pint te drinken. Ook onze twee kookdames gingen mee. Ter plaatse was er een bijzonder boeiend gesprek over Congolezen die graag naar België zouden komen wonen. Natuurlijk begrijp ik die mensen perfect maar ik heb hen proberen duidelijk te maken dat dit geen goede keuze is. Het begint weer te donderen en te bliksemen, we keren terug naar ons huis na een hapje gegeten te hebben, gezouten vis met olijfolie en pigment. Wanneer ik in mijn kamer alles in gereedheid breng om te slapen (we slapen hier twee nachten) inclusief onderlaken en muskietnet dat ik gelukkig meegebracht heb wil ik dit verslag beginnen. Het is warm maar niet te warm en toch besluit ik om dit verslag op het terras van dit huis te tikken. Ik voel eigenlijk wat een koloniaal moet gevoeld hebben. Rustig op de terras van zijn woning zitten, een boek lezen, mailen was er nog niet bij, een lange brief schrijven en genieten van alle geluiden die op je af komen. Welke vogel zou dit zijn? Hoor ik daar geritsel in het gras? Dat geschrei is dit een kind of een schaap of een geit? Het wordt nu toch wat frisser, ik ga terug naar binnen en geniet even van de foto's die ik vandaag mocht nemen. Wat een lieve mensen dat ze dit allemaal toestaan. Jammer dat er geen gaas voor het raam is . Dit keer wordt het slapen met deuren en vensters gesloten. Gelukkig is er morgen zeker en vast een ontbijt voorzien . Mooie dag!
Zaterdag 17 mei
Deze nacht slecht geslapen. Het door mij opgespannen muskietnet valt teveel op mijn hoofd. In het vervolg moet ik meer touwtjes mee doen om het net te spannen zodat je er 's nachts geen last van hebt. Ik heb ook wat rugpijn, een pijnstillertje is nu wel op zijn plaats. Om 6.30 uur sta ik op. Ernesto is in de badkamer, ik moet wat wachten en besluit mijn bagage al wat klaar te maken. Na een primitieve douche, het aankleden, het scheren kom ik buiten. Met de dames van de keuken heb ik afgesproken om te voet om brood te gaan naar de markt. Ik heb ook gevraagd of er panjes verkocht worden in het dorp, ik geef eigenlijk liever geld aan de eerlijke handelaar op het platteland dan aan de persoon waarvan je niet weet of je niet te weinig hebt afgedongen in de stad. De beide dames staan ook met plastieken teensletsen in de hand. Ik vraag aan de winkelier hoeveel die kosten. 2500 franc Congolais het paar. Dit is 2 euro. Ik besluit hen elk een paar te geven. Ze zijn dolgelukkig. Het kost mij 4 euro.
De pastoor van de stad, in witte soutane, komt op een moto een brief afgeven voor bisschop Jozef De Kesel. Ik heb hem beloofd dit zeker over te maken.
Uiteindelijk verlaten we Gombe-Matadi. De weg naar de N 1 lijkt lang, er is veel slijk, er zijn tegenliggers, er is veel volk op pad. Het is zaterdag, de mensen gaan naar de markt, de kinderen zijn niet naar school. Vandaag, maar ook door de vorige dagen zal mij één woord bijzonder bijblijven, het dreunt in mijn hoofd : "MUNDELE" wat betekent “BLANKE". Vooral kinderen roepen het zeer luid als je voorbij komt met de jeep. Ze zwaaien heel hartelijk. Als we stoppen en een snoepje willen geven schrikken ze. Een Frutella in een papiertje kennen ze duidelijk niet. Het is enkel wanneer de chauffeur vertaalt en de moeder ze overtuigt dat ze de snoep aannemen.
Wanneer we op de hoofdweg komen worden we geconfronteerd met een lange colonne oranje vrachtwagens zonder nummerplaat, volgeladen met een dekzeil erover. Aan het stuur Chinezen, merk van de vrachtwagen, Chinees. En hier roepen de kinderen : "CHINOIS".
Congo wordt overspoeld door de Chinezen die aan wegen werken, de hydrocentrales bouwen zoals de Zongo II, ze bouwen eigen ziekenhuizen, hebben eigen apotheken. De Congolezen zijn zeker niet overtuigd van de kwaliteit van hun producten, ze noemen het "Chinoiserie" maar anderzijds zijn velen zo arm dat een Chinese fiets nog betaalbaar is maar een Europese dit helemaal niet meer is. Idem dito met bromfietsen en zelfs met wagens.
De weg naar Kinshasa is lang. Eigenlijk een aaneenschakeling van bochten. Je komt in kleine dorpen waar er markt is, bijna dag in dag uit. De zware vrachtwagens, geladen met containers en de kleine overbeladen bestelwagens en personenwagens stoppen om eten te kopen. Er is overal veel groeten en veel fruit te koop. Ik kan moeilijk veel fruit of groenten meenemen maar ik kan het toch niet laten enkele zakjes maracoujas te kopen -passievrucht- 5 of 6 in een zakje voor 500 franc Congolais. 0,40 euro per zakje. De mensen van Memisa en de chauffeur die in Kinshasa wonen kopen veel fruit en groenten onderweg omdat het goedkoper en verser is dan in de stad. Bananen, mandarijnen maar ook avocado's en piment, pepertjes (0,4 euro voor een zakje) een soort spinazie, alles wordt in de auto gestopt.
En dan... dan begint de file. De file om Kinshasa binnen te geraken. Het is gewoon ongelooflijk wat een warboel ontstaat, iedereen kiest zijn eigen rijvak, draait wanneer men zin heeft en dit duurt zo meer dan een uur. Vervelend is het niet want het is een ongelooflijk schouwspel. Wat naast de wagen gebeurt, aan beide zijden van de weg, kan je eigenlijk niet in beeld brengen. Het is een kleurrijk gebeuren, maar het is ook verschrikkelijk vuil, iedereen laat maar vallen wat men niet meer nodig heeft en dan komt er nog de regen, de wagens en vrachtwagens die het vuil in het slijk wegdrukken zodat het nog moeilijk weg kan.
Omstreeks 18u ben ik weer op de vertrouwde kamer bij de Capucijnen in de Cinquième rue. De airco en de koude douche doet me goed. Om 19.30u word ik weer opgehaald door de mensen van Memisa. Ze brengen me naar een restaurant in de binnenstad. Ik leer weer veel bij : dit appartement is van de vrouw van Kabila, dit domein, met golf en restaurant is eigendom van de Belgische Koninklijke familie, hier wordt de nieuwe Belgische ambassade gebouwd...
Het restaurant waar we binnen gaan en buiten kunnen zitten aan het zwembad is blijkbaar van een Portugees. Er worden pizza's geprepareerd, ze hebben zelfs een pizza-line zoals bij ons, met de brommer brengt men de pizza aan huis. Ik eet T-boonesteak met frieten en champignonsaus -perfect klaargemaakt- en drink een Primus (72 cl).
Met Alain, chef van Memisa in Kinshasa, wordt de reis en de ervaringen besproken. Rond 22u ben ik weer op mijn kamer. Ik ben moe. Morgen nog een dagje Kinshasa en dan naar huis.
Zondag 18 mei
Wat een zalige nacht, perfect bed, goed opgespannen muggennet, koele kamer. Ik ben wel om 7u wakker omdat er muziek weerklinkt in de buurt. Duidelijk afkomstig van een viering zoals we die op TV zien, met een predikant die de mensen ophitst en met luide muziek. Ik besluit om mijn nieuwsgierigheid niet te volgen en in mijn bed te blijven. Ik blijf lekker dutten tot 8.30u. Een douche, scheren, aankleden en dan een stevig ontbijt met salami, La Vache qui Rit-kaas en confituur van de Colruyt . Om 10u komt de chauffeur van Memisa mijn bagage ophalen. Hij zorgt voor de check-in, wat een service! Inmiddels worden Ernesto Papa en ikzelf naar een kerk gebracht voor een Afrikaanse mis. Nu zo Afrikaans was het niet want alle lezingen en de preek waren in het Frans en de gezangen in het Gregoriaans, al moet ik zeggen dat het een zeer zeer goed koor was.
Na de mis moeten we een beetje wachten op de chauffeur en de pastoor komt bij ons staan. Ernesto kent hem en we worden uitgenodigd bij hem een ‘petit à quartier’ te drinken. Als we ter plaatse zijn toont hij ook de kamers die hij verhuurt, 50 dollar voor een tweepersoonskamer, 40 dollar voor een éénpersoonskamer. Wel perfect in orde met airco, eigen douche en toilet op de kamer.
Het gesprek is aangenaam en de pastoor biedt ons eten aan. Het zou gaan om restjes, kip, vis, rijst ... het smaakt goed.
Na het middagmaal waarvoor helemaal niet betaald moet worden -hij was blij dat wij zijn gasten wilden zijn- ga ik samen met Hippoliet, de chauffeur van Memisa op koopjesjacht. Bij de panjes heeft hij de onderhandelingen gevoerd, ' t was best want de vrouwen gingen elkaar te lijf. Daarna naar de markt van de beeldjes en kettingen. Afdingen, afdingen en nog eens afdingen. Ik weet niet meer wat ik kocht en voor hoeveel.
Hippoliet brengt mij terug naar de Capucijnen, de dienst van de Procure St.Anne, ze komen mij om 16u ophalen voor vervoer naar de luchthaven. Even bij de airco wat tot rust komen en de handbagage herschikken na de inkopen.
Om 17u is het busje van de Procure er. Er is maar één andere gast. Een onvriendelijke jonge kerel die met tegenzin goedendag zegt. We rijden naar de luchthaven, alle aandacht in de wagen gaat echter naar de voetbalwedstrijd op de radio die in Kin gespeeld wordt, niet in de Stade des Martiers want die wordt verbouwd, maar wel in de stade San Rapael waar enkele dagen geleden meer dan 15 doden vielen bij de wedstrijd van Kinshasa tegen Lubumbasi . Nu speelt de nationale ploeg tegen Egypte .
Aangekomen aan de luchthaven N'djilli begint het te regenen. De stad Kinshasa heeft een nieuwe belasting ingevoerd. Naast de 50 dollar vertrekgeld die men moet betalen voor de nationale staat moet je nu ook 5 dollar betalen voor de stad. Waar je moet betalen staat nergens aangeduid zodat er iemand je zeker en vast moet begeleiden en deze persoon ook moet betaald worden. Ik betaal hem deze keer met een stylo van Ethias die ik in mijn handbagage vond. De man was eigenlijk niet tevreden want ... van een stylo kan je niet eten. ...
Ik plaats me boven aan het raam van het restaurant en bestel mezelf een Primus. Er is nog heel wat tijd voor vlucht nr. 350 naar Brussel vertrekt . Dus tijd om dit verslag af te werken en om een pintje te drinken.
Je acht het eigenlijk niet voor mogelijk maar plots valt alle elektriciteit uit op de luchthaven. Niets meer te zien buiten de lichten van GSM's. Net op dat moment horen we het geluid van een groot vliegtuig maar op de landingsbaan is niets te zien, ik denk dat de Airbus van SN nog een rondje maakt vooraleer te landen. De elektriciteit is terug en enkele minuten later land de airbus van Air France. Nu is het nog wachten op het vliegtuig van Brussels Airlines. Om 19.20u komt Turkish airlines binnen.
Ik neem mij voor om toch maar naar de check-in te gaan. Ik betaal de primus. De prijs is buitensporig, 8 dollar ! Dit is 4x de prijs van dezelfde primus als in Gombe-Matadi. Als ik beneden kom wordt mij duidelijk waarom men geen enkele aanduiding plaatst. Er loopt dermate veel volk rond met fluo-vestjes, die allemaal iets moeten verdienen, zodat bewegwijzering broodroof zou betekenen.
Plots vraagt een douanebeambte wie met Brussels Airlines vliegt. Ik vrees de melding dat het vliegtuig veel vertraging heeft maar nee hoor, SN krijgt voorrang boven Air France. Wanneer de handbagage door de scanner is gegaan komen ongeveer 5 douaniers rond mij staan met de melding dat de Belgen nog steeds hun beste vrienden zijn maar dat elke passagier toch een beetje hun vrienden douaniers moeten helpen. Ze kunnen ook lastig doen :"si vous voulez".
5 Dollar volstaat om terug goede vrienden te zijn. Schaamteloos en triestig. Ik ben blij dat ik die doorlichting voorbij ben. De taxfree afdeling van de luchthaven betekent niets, drie schamele winkeltjes. De deuren van de taxiplaats van de vliegtuigen schuift geregeld open en zo hoor ik dat ook het Brussels Airlines toestel voor de deur stopt. Het is eerst bordingtime voor Air France en enkele minuten later voor Brussels Airlines. Met de bus worden we 150 meter vervoerd en de eigenlijke controle gebeurt op de tarmac naast het vliegtuig. Terug handbagage openen en lichaamsfouille. Eenmaal op het vliegtuig is de stress weg en kan ik mij rustig neerzetten. Het vliegtuig is reeds een beetje gevuld want het komt van Cameroen. Gelukkig zit er niemand naast mij zodat ik meer plaats heb. Nog een sms naar Ann en mijn ma, de gsm opbergen, de i-pad in vliegtuigmodus en we zijn klaar om te vertrekken. Net op dat moment een stevige stortbui. Het vliegtuig wacht een beetje en wordt dan toch achteruit geduwd. Zeer merkwaardig. Air France dient voor ons te vertrekken maar moet wachten tot Brussels Airlines weg is. Hebben de Belgen dan toch nog een voetje voor in Congo ?
roger gaethofs
geplaatst op zondag 21 juni 2015 om 11:48
Marc Van Eenoo
Dank voor het uitvoerige reisverslag en vooral de communicatie en bemoediging die dit meebrengt in het betrokken veld.
Tot binnenkort,
Marc
geplaatst op donderdag 26 juni 2014 om 13:10
Wim Demuyt
Je OCMW-collega
Wim